Type 1: De Superfan

Dit is die collega die altijd vijf minuten voor tijd al klaarstaat voor elke sessie, met een grote glimlach en een notitieblok in de hand. Ze kennen de trainer al bij naam, stellen duizend vragen na afloop en sturen je de volgende dag een e-mail om te vragen wanneer de volgende activiteit is. Ze zijn je grootste supporter en staan te trappelen bij elke activiteit. Gebruik hun enthousiasme! Ze zijn ideaal om anderen mee te trekken en kunnen helpen om deze week lekker positief te houden.

Type 2: De Twijfelaar

De Twijfelaar is een collega die je met moeite kunt overhalen om mee te doen. Ze komen, maar je ziet de twijfel in hun ogen. “Is dit echt wat voor mij?” lijkt ze zich constant af te vragen. Maar als je ze eenmaal hebt, blijken ze vaak waardevolle deelnemers te zijn. Ze willen weten wat ze eraan hebben en zoeken naar concrete voordelen. Geef ze een beetje tijd en ruimte, en voor je het weet, zijn ze een stuk enthousiaster. En als ze eenmaal overtuigd zijn, kunnen ze zomaar je beste ambassadeurs worden!

Type 3: De Scepticus

Ah, de Scepticus. Je kent ze wel, die collega die met de armen over elkaar achterin de zaal zit en zo’n blik heeft van: “Moet dit nou echt?” Ze doen mee, maar niet zonder eerst te mopperen. Toch, als ze iets nuttigs oppikken, zijn zij vaak de eersten die met waardevolle feedback komen. Ze houden je scherp en zorgen ervoor dat je niet zomaar met elke trend meewaait. Soms kun je juist veel van hen leren. Nodig ze uit om hun kritische vragen te stellen en wie weet, misschien winnen ze er nog wel wat voor zichzelf uit!

Type 4: De Kat-uit-de-boom-kijker

Deze collega’s komen wel opdagen, maar blijven liever een beetje aan de zijkant staan. Ze kijken toe, maar doen niet echt actief mee. Ze willen niet te veel opvallen, maar ze zijn er wel – zo’n beetje de stille waarnemers. Met een beetje subtiele aanmoediging kun je ze soms verleiden om toch mee te doen. Laat zien dat er geen druk is, en geef ze de kans om op hun eigen tempo in te stappen. Een vriendelijk woord of een grapje op z’n tijd kan wonderen doen.

Type 5: De Neezegger

En dan heb je de Neezegger. Deze collega laat zich niet zomaar meeslepen in alle vitaliteitsgekte. “Ik-moet-helemaal-niets” is hun motto, en dat laten ze je maar al te graag weten (vaak met beide armen over elkaar geslagen en een grote frons op het voorhoofd). Ze willen hun eigen ding doen en hebben geen zin in wat zij zien als ‘gedwongen gezelligheid’. Probeer ze niet te forceren, maar luister naar hun bezwaren. Soms kun je met een persoonlijke benadering toch een ingang vinden, al is het maar een klein beetje.

Type 6: De Sociale Vlinder

De Sociale Vlinder is vooral aanwezig omdat het gezellig is. Ze zijn misschien niet de meest fanatieke deelnemers, maar ze zijn er altijd als er iets te beleven valt. Voor hen draait de Vitaliteitsweek vooral om samen zijn met collega’s en een goede tijd hebben. Ze zijn jouw sleutel tot een goede sfeer en helpen om de drempel laag te houden voor anderen. Zorg dat je genoeg activiteiten hebt waarbij zij hun sociale kant kunnen laten zien – het maakt de week leuker voor iedereen!

Maak er een feestje van

Elke werkplek heeft ze: deze typerende collega’s die ieder op hun eigen manier reageren op de Nationale Vitaliteitsweek. En dat is juist wat het zo leuk en interessant maakt! Het is een uitdaging om iedereen betrokken te krijgen, maar met een beetje creativiteit en humor kun je een programma samenstellen dat voor ieder wat wils biedt.

Vitaliteit is meer dan alleen gezond zijn; het gaat ook om samen plezier maken. Dus of je nu te maken hebt met een Superfan of een Neezegger, zie deze week als een kans om verbindingen te versterken en nieuwe dingen uit te proberen. Laat je niet ontmoedigen door reacties waar je niet op gehoopt had, maar benader ze met frisse nieuwsgierigheid. Misschien sluit jij de Vitaliteitsweek wel af met een tal aan nieuwe inzichten.